De fiscale gevolgen van emigratie, immigratie en remigratie van een aanmerkelijkbelanghouder (AB-houder), al dan niet in combinatie met verplaatsing van de werkelijke leiding van de vennootschap(pen), behoren tot de meest ingewikkelde fiscale onderwerpen.
Niet alleen gelden gedetailleerde en complexe regelingen in de Wet IB 2001 en de IW 1990, de invloed van vererving en schenking, wijzigingen in de conserverende aanslagregeling, maar ook het Europese recht en verdragsproblematiek is van toepassing op een concrete casuspositie. Daarnaast moet in voorkomend geval aan relevante rechtspraak worden getoetst.
Emigratie van een aanmerkelijkbelanghouder is een fictieve vervreemding in de zin van artikel 4.16 Wet IB. Om problemen met een invordering over de in de aandelen begrepen meerwaarden bij emigratie te voorkomen, wordt aan de aandeelhouder een conserverende aanslag opgelegd (artikel 2.8 Wet IB 2001) ter zake van de vervreemding (behoudens andere conserverende belastingaanslagen zoals die ter zake van pensioen- en lijfrenteaanspraken). Zo lang de aandelen niet daadwerkelijk worden vervreemd, winstreserves worden uitgekeerd, of kapitaal wordt teruggegeven, zogenaamde besmette rechtshandelingen, wordt de aanslag niet ingevorderd. Sinds 15 september 2015 geldt geen bevrijdende termijn meer. De conserverende aanslag wordt niet meer na tien jaar kwijtgescholden. Bij emigratie naar een andere EU lidstaat wordt automatisch uitstel van betaling verleend.
Met betrekking tot zijn aanmerkelijk belang geldt in veel gevallen dat de aandeelhouder buitenlands belastingplichtige wordt, artikel 7.5 Wet IB 2001. De buitenlandse belastingplicht blijft ook na verplaatsing van de werkelijke leiding van de vennootschap uit Nederland in veel gevallen doorlopen door de vestigingsplaatsfictie. De AB-houder kan na zijn emigratie te maken krijgen met fiscale gevolgen bij uitkeringen van dividend en vervreemding zowel in het kader van de opgelegde conserverende aanslag, als in het kader van de buitenlandse belastingplicht. Bij de heffing kunnen zich dan beperkingen voordoen indien tussen de oude en nieuwe woonstaat een belastingverdrag van toepassing is.
De vennootschap blijft in veel gevallen in Nederland gevestigd. Indien de werkelijke leiding van de BV wordt verplaatst naar het buitenland, geldt ook een conserverende aanslagregeling, die aanzienlijk ongunstiger is dan die voor aanmerkelijkbelangaandelen. De gevolgen van de verplaatsing van de werkelijke leiding van de vennootschap met een in het buitenland woonachtige aanmerkelijkbelanghouder zijn complex.
Indien u als AB-houder te maken heeft met emigratie, immigratie of remigratie kunnen wij u van dienst zijn bij het optimaliseren van uw fiscale positie gelet op de nationaalrechtelijke regelingen van de betrokken landen, het Europese recht, rechtspraak en belastingverdragen. In voorkomend geval kunnen wij een herstructurering verzorgen van uw onderneming. Wij kunnen u adviseren al dan niet in de vorm van een fiscale opinie, en begeleiden bij de implementatie.
Lees ook
Registreren voor BTW in Zwitserland.
In meer dan 40 landen
Wat zijn rechtsvormen en rechtspersonen?
Afspraken tussen aandeelhouders contractueel vastleggen